Eten, gender, schrijven, verlangen en workaholics
- Marcel Doornbosch
- 6 dec 2020
- 4 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 28 jan 2021
In Health Psychology staat dat in gewone restaurants gezond eten met minder opwindende, leuke en smakelijke woorden wordt beschreven dan standaard eten. De auteurs van Five-Star Prices, Appealing Healthy Item Descriptions? Expensive Restaurants’ Descriptive Menu Language (1) deden onderzoek naar de menu’s van 160 dure ($31-$60 en meer dan $61 per maaltijd) restaurants. De menu’s (via Yelp bekeken) boden 847 gezonde keuzes en 2448 standaard keuzes aan. Alle beschrijvende woorden in die menu’s (meer dan 30000) werden in 22 linguïstische thema's georganiseerd.
Gezonde keuzes (zoals salade en groente) worden beschreven met minder aantrekkelijke woorden dan standaard keuzes. Er wordt bij gezond eten veel minder verwezen naar opwinding, grootte, regio’s, ambachtelijke bereiding en smaak dan bij standaard eten. Dure restaurants benadrukken gezonde aspecten van hun eten niet en hebben bijna nooit een gezonde menu-sectie.
Al 100 jaar zijn psychologen geïnteresseerd in de verschillen tussen mannen en vrouwen. In de European Journal of Psychological Assessment staat dat mannelijkheid en vrouwelijkheid 2 aparte dimensies zijn en dat een persoon ook allebei (androgyn) of geen van beide (ongedifferentieerd) kan zijn. De auteurs van Psychometric Properties of the Multifaceted Gender-Related Attributes Survey (GERAS) (2) beschrijven het ontwerp van een nieuwe vragenlijst. De Gender-Related Attributes Survey (GERAS) werd door 1466 deelnemers online ingevuld. De deelnemers vulden ook de Personal Attributes Questionnaire, de Bem Sex Role Inventory, de Traditional Masculinity-Femininity scale en persoonlijkheidsvragenlijsten in. Ook vulden ze de Peer Relations Scale in (over het aantal mannen en vrouwen in de sociale omgeving) en werd hun beroep gescoord (van heel mannelijk tot heel vrouwelijk, gebaseerd op de statistische verdeling volgens het Institut für Arbeitsmarkt- und Berufsforschung). Daarna vulden 471 deelnemers met pen en papier dezelfde vragenlijsten in en gaven aan hoe mannelijk of vrouwelijk zij zichzelf vonden in vergelijking met anderen (en vroegen een vriend hetzelfde over hen aan te geven). De nieuwe vragenlijst GERAS heeft 2 schalen: mannelijk en vrouwelijk, beiden onderverdeeld in persoonlijkheid, cognitie en activiteiten. De mannelijke schaal heeft als facetten: risico nemen (met bijvoorbeeld het item ‘avontuurlijk’), assertiviteit (‘dominant’), rationaliteit (‘pragmatisch’), ruimtelijk (‘de weg vinden’), numeriek (‘formules begrijpen’), sociaal (‘bier drinken’) en sport (‘voetballen’). De vrouwelijke schaal heeft als facetten: expressiviteit (bijvoorbeeld: ‘zorgzaam’), neuroticisme (‘voorzichtig’), verbaal (‘de juiste woorden vinden’), geheugen (‘namen en gezichten’), sociaal (‘roddelen’) en sport (‘wandelen’). Mannen scoren hoger op GERAS-mannelijkheid en vrouwen scoren hoger op GERAS-vrouwelijkheid. De mannelijk/vrouwelijk GERAS-schaal hangt samen met hoe de deelnemers hun eigen mannelijkheid of vrouwelijkheid zien (en met hoe anderen die zien), maar ook met hun sociale omgeving: opgroeien met mannen/vrouwen, mannelijke/vrouwelijke hechtingsfiguren, mannelijke/vrouwelijke vrienden en met mannen/vrouwen kunnen opschieten. Zelfs het beroep van de deelnemers hangt samen met de GERAS-schaal. Volgens de onderzoekers is de GERAS een betrouwbare en valide vragenlijst om genderrol-identiteit vast te stellen.
In Experimental Psychology staat dat expressive writing (EW) helpt om een trauma te verwerken. De auteurs van Real-Time Psychophysiological and Writing Correlates of Expressive Writing (3) deden een experiment met 57 psychologiestudenten. Zij kregen een schrijfopdracht. De ene helft schreef over hun meest traumatische ervaring (EW) en de andere helft over hun dagelijkse routine (de controleconditie). Voor en na het schrijven vulde iedereen de Positive and negative affect schedule in. Tijdens het schrijven werd de electrodermale activiteit en de hartslagvariabiliteit gemeten. Het schrijfgedrag (aantal woorden achter elkaar en pauzes) werd met Handspy en Neo smartpen bijgehouden. Degenen die schreven over een traumatische gebeurtenis (EW) voelden zich daarna slechter. De EW-groep pauzeerde langer tijdens het schrijven. Het pauzeren en de psychofysiologische waarden tijdens het schrijven over een trauma duiden volgens de onderzoekers op emotieregulatie.
In Archives of Sexual Behavior staat dat vrouwen met een laag seksueel verlangen vaak als één groep worden gezien. De auteurs van A Typology of Women with Low Sexual Desire (4) deden een online onderzoek onder 508 vrouwen. Zij vulden vragenlijsten in: de Global Measure of Sexual Satisfaction, de Quality of Marriage Index (bijvoorbeeld: ‘wij hebben een goede relatie’), de Social Readjustment Rating Scale (over stressvolle levensgebeurtenissen), The Dyadic Sexual Communication Scale (bijvoorbeeld: ‘mijn partner en ik lijken het nooit eens te worden over seksuele zaken’), de Hurlbert Index of Sexual Desire (bijvoorbeeld: ‘ik verheug me op seks met mijn partner’) en de Attributions for Sexual Desire Concerns Questionnaire (met vragen over verklaringen voor een laag seksueel verlangen: intern/extern, stabiel/instabiel, globaal/specifiek en vanwege partner/niet vanwege partner). Naast een groep vrouwen met een gemiddeld verlangen vonden de onderzoekers twee groepen met een laag verlangen. De ‘Globally Distressed’ groep heeft een slechte relatie, lage seksuele tevredenheid en slechte seksuele communicatie en wijt dat aan externe factoren, waaronder hun partner. De ‘Sexually Dissatisfied’ groep heeft ook een lage seksuele tevredenheid en slechte seksuele communicatie, maar wel een gemiddelde relatietevredenheid. Volgens de onderzoekers is communicatie over voor- en afkeuren belangrijk. Stressvolle levensgebeurtenissen lijken geen rol te spelen.
In de Journal of Applied Psychology staat een artikel over workaholism, de onbeheersbare neiging of drang tot werken. De auteurs van The Multidimensional Workaholism Scale: Linking the Conceptualization and Measurement of Workaholism (5) beschrijven het ontwerp van een nieuwe vragenlijst: de Multidimensional Workaholism Scale (MWS). In totaal vulden 1252 mensen de vragenlijst in over de diverse dimensies. Die dimensies zijn: motivatie (bijvoorbeeld: ‘ik voel altijd een innerlijke druk die me aan het werk zet’), cognitie (bijvoorbeeld: ‘ik kan niet stoppen met aan mijn werk te denken’), emotie (bijvoorbeeld: ‘ik raak van streek als ik een dag werk mis’), en gedrag (bijvoorbeeld: ‘ik werk meer dan nodig is’). Daarnaast vulden ze andere vragenlijsten in over werken (de WART, WorkBAT en DUWAS). En ze vulden vragenlijsten in over perfectionisme, negatieve gevoelens, werktevredenheid, werk-familie conflicten, emotionele uitputting, fysieke symptomen, betrokkenheid bij hun werk, werk-gerelateerd rumineren en depressieve symptomen. Werkverslaving (met klinische symptomen zoals afkickverschijnselen) werd niet geïncludeerd. De motivatie- en gedragsdimensies van workaholism hangen samen met perfectionistisch streven en de cognitieve en emotionele dimensies meer met perfectionistische zorgen (faalangst). Er is een negatief verband met werktevredenheid. Workaholism hangt samen met betrokkenheid, een intrinsieke motivatie. Deze samenhang geldt vooral voor de dimensie ‘absorptie’ (bijvoorbeeld: ‘ik ben gelukkig als ik hard werk’). De onderzoekers vinden de MWS een betrouwbare, valide en genuanceerde benadering van workaholism.
Verwijzingen
留言