PSYCHOTHERAPIE, LESBISCHE SEKS, BAARDEN, ROBOTS, MISOFONIE, CREATIVITEIT

De vraag naar GGZ is groter dan het aanbod. Het is logisch om meer therapeuten aan te nemen en schaalvergroting lijkt ook te leiden tot betere zorg, onder andere door specialisatie. In Psychological Services staat een onderzoek naar caseload want als die groter wordt leidt dat over het algemeen tot slechtere uitkomsten van zorg. De onderzoekers analyseerden archiefdata van 173 therapeuten en hun 18322 cliënten. Zij vulden elke sessie de Outcome Questionnaire-45.2 in. De caseload werd bepaald door het aantal sessies en het aantal cliënten. Tussen 2011 en 2017 bleek de caseload behoorlijk te zijn gestegen. Dit hing samen met een slechter therapieresultaat. Waarschijnlijk door de toegenomen wachttijd, bijvoorbeeld na de intake of tussen de sessies. In Nederland hebben ze het over ’productie’ in de GGZ wat de indruk wekt dat meer beter is.

Volgens een artikel in Archives of Sexual Behavior hebben lesbische vrouwen minder seks dan homoseksuele mannen of heteroseksuele stellen. Dit fenomeen noemt men ‘lesbische beddendood’. De auteurs geven toe dat deze omschrijving stigmatiserend is, maar ze hebben er ook geen andere term voor. Uit een groot onderzoek via msnbc werden de demografische data van 2510 heteroseksuele vrouwen en 283 lesbische vrouwen zorgvuldig gematcht. Zij beantwoordden in de survey heel veel vragen over seks. Volgens de onderzoekers waren er veel verschillen tussen lesbische en heteroseksuele vrouwen: lesbische vrouwen waren intiemer, hadden meer orale seks, hadden langer seks en kwamen vaker klaar. In langere relaties hadden heteroseksuele vrouwen wel vaker seks maar dit verklaren de auteurs door ‘een bredere definitie van seks’ van lesbische vrouwen en het feit dat mannen vaker seks initiëren. De conclusie wordt in het artikel niet getrokken, maar het lijkt erop dat lesbische vrouwen beter af zijn.

Ook in Archives of Sexual Behavior: een studie over baarden. Een baard is een heel opvallend mannelijk kenmerk en wordt geassocieerd met dominantie, agressie, kracht en sociale status. Althans door mannen, vrouwen lijken er minder van onder de indruk. Het gaat in evolutionaire zin meer om intra- dan interseksuele competitie. De onderzoekers wilden weten of een baard een ‘eerlijk teken’ is van dominantie en testosteron en testten 97 gezonde jonge mannen op testosteron (en ‘baardigheid’). Uit het onderzoek bleek dat baardlengte niet samenhing met testosteronniveau en dominantie (gemeten met vragen als: ‘ik overtuig anderen vaak’). De baard lijkt meer een zelf-presentatie strategie, zoals vrouwen die hoge hakken dragen, maar dan om andere mannen te imponeren.

Automatisering heeft veel voordelen maar niet in dienstverlening; mensen hebben over het algemeen een hekel aan robots die hen helpen. In Journal of Applied Psychology staat een experiment met robots. In een echt Japans robot hotel werden 194 gasten ondervraagd over antropomorfisme (zijn robots een soort mensen), agency (hebben robots een eigen wil) en ervaring (kunnen robots voelen). De onderzoekers deden ook een experiment met 150 Zuidoost Aziatische studenten die van een robotarm instructies kregen om vragenlijsten in te vullen waarna de robot ze een snackje aanbood. Uit het onderzoek bleek dat de deelnemers tevredener waren over geantropomorfiseerde robots (bijvoorbeeld met een gezicht, naam en stem). Als de deelnemers dachten dat robots gevoel hadden vergaven ze hen ook makkelijker na een fout.

Het gekras van een nagel over een schoolbord vindt bijna iedereen onaangenaam, maar als je een hekel hebt aan kauw- of ademgeluiden lijd je aan ‘misofonie’. In Journal of Clinical Psychology staat dat sommige mensen daar suïcidaal van kunnen worden. Omdat het niet duidelijk is om welke geluiden het kan gaan deden de onderzoekers 3 experimenten met geluiden van Freesound. Uit het onderzoek bleek dat alle soorten geluiden een trigger kunnen zijn voor misofonie, en niet alleen menselijke orale of nasale geluiden. Een paar voorbeelden: slurpen, gegiegel van mannen, kraaien en ruitenwissers. Mogelijk dat het ook afhangt van de context, denk aan kantoorgeluiden of een draaiorgel. Het tegenovergestelde van ASMR, zeg maar.

Slaap is gezond, ook cognitief. In Science Advances staat een experiment dat werd geïnspireerd door Thomas Edison, de uitvinder. Hij sliep met een bal in zijn hand omdat hij vermoedde dat als hij wakker werd van de vallende bal, net op het moment dat hij in slaap viel, hij toegang had tot zijn meest creatieve ideeën. In het experiment kregen mensen een ingewikkelde nummer-aanvul taak, die oplosbaar was volgens een verborgen regel. Na 20 keer proberen mochten ze 20 minuten rusten, met een flesje in hun hand. Als dat viel, werden ze wakker. Daarna mochten ze weer proberen het probleem op te lossen. Er bleken 3 groepen te zijn: een die niet in slaap viel, een die heel kort in N1-slaap ging (eerste fase non-REM) maar wakker werd van het vallende flesje en een groep die doorsliep en in N2 kwam. Het bleek dat de N1-groep eerder de oplossing vond dan de wakkergroep en de N2 groep. De conclusie is dat Edison gelijk had en dat door wakker te worden als je net in slaap valt (hypnagoog) je toegang hebt tot je meest creatieve ideeën (dat noemen de onderzoekers het Eureka-moment). De groep die doorsliep (N2) had dat voordeel niet.